Skip to main content

Henrik Verteld

‘Jaren geleden kende ik iemand, die uit het Caraïbisch gebied kwam. Hij verkocht een keer aan iemand een kilo bloem als coke. Het kostte een ander zijn leven, want die kreeg de schuld. Maar deze man hield er een flink bedrag aan over. Hij nodigde mij en een ander uit om mee te reizen naar het eiland waar hij vandaan kwam.

Hij verbleef bij zijn familie, ik zat in een hotel. We vermaakten ons goed. Maar toen een meisje uit zijn buurt een oogje op me kreeg, vond hij dat minder leuk. Voor $ 20 kreeg hij in het hotel de reservesleutel van mijn kamer en jatte toen mijn paspoort en mijn koningsketting. Daar zat ik. Het bleek dat Nederland geen consulaat op dat eiland had; ik moest via het Britse consulaat een noodpaspoort regelen. Dat kostte veel tijd. Mijn geld was op en ik zwierf op straat.

Ik verdiende een beetje geld door toeristen van cruiseboten op te vangen dichtbij de boot en hun wat dingen te verkopen. Iemand die een stalletje op straat had, bood me een slaapplek aan in een bergplaats achter zijn huis. Toen zijn moeder hoorde dat ik uit Europa kwam, wilde ze dat ik in huis kwam slapen. Ik praatte ’s nachts een keer met haar. Ik vertelde mijn probleem.

Ze zei: ‘Bid met mij mee, dan komt alles goed.’ En toen zei ze psalm 23 op, in het Engels. Ik moest die uit mijn hoofd leren en regelmatig opzeggen. Maar dat Engels kon ik moeilijk onthouden. Een nicht van haar heeft toen in een bibliotheek een Nederlandse Bijbel voor me gevonden en daaruit heb ik het

geleerd. Ik zei het een paar keer per dag op en na een week had ik mijn noodpaspoort. En nu nog steeds, in noodsituaties, als ik me niet lekker voel of als er een storm op me afkomt, dan bid of zing ik die psalm. Dat geeft me een goed gevoel, het geeft me rust, en het helpt altijd.’

uit Binnenste Buiten